Na bijna negen jaar is het faillissement van de Nederlandse warenhuisketen V&D officieel afgerond. De curatoren hebben eerder deze maand hun eindverslag ingediend, waarmee de afwikkeling van een van de meest spraakmakende faillissementen in de Nederlandse retailgeschiedenis tot een einde is gekomen.
V&D, ooit een van de grootste warenhuisketens van Nederland, werd op 31 december 2015 failliet verklaard. Het bedrijf, dat bekend stond om zijn brede assortiment aan dames-, heren- en kindermode, accessoires, woonartikelen en multimedia, had op het moment van faillissement 62 filialen verspreid over het land. In deze filialen waren ook vestigingen van het populaire restaurantconcept La Place en diverse shop-in-shops van bekende A-merken te vinden. Daarnaast beschikte het concern over een distributiecentrum in Nieuwegein en een goedlopende webshop. Het bedrijf bood werk aan gemiddeld 5.232 werknemers en realiseerde in het gebroken boekjaar 2014 een omzet van ongeveer 603 miljoen euro.
Curatoren zijn er bijna 15.000 uur druk mee geweest
De curatoren hebben de afgelopen jaren intensief gewerkt aan de afwikkeling van het faillissement, waarbij zij in totaal 14.466,3 uur hebben besteed. Tijdens dit proces werd 9.469.743,52 euro geïncasseerd bij debiteuren en vonden er diverse betalingen plaats aan schuldeisers, waaronder het UWV. Desondanks blijft er nog een restschuld van bijna 33 miljoen euro openstaan.
Het resterende saldo op de boedelrekening van V&D bedraagt op dit moment 392.983,55 euro. Met dit bedrag zal nog een bescheiden slotuitkering aan de boedelcrediteuren worden gedaan. Hiermee komt definitief een einde aan het bestaan van de ooit zo iconische warenhuisketen.