In de meeste gevallen trekt de klant bij een faillissement aan het kortste eind. Je aanbetaling verdwijnt in de boedel en van de curator zie je nooit een cent terug. Dianne Beekelaar uit Edam had echter geluk bij een ongeluk. Het faillissement van meubelzaak Factoryhouse uit Hoorn pakte voor haar juist voordelig uit. Bij de aankoop van een nieuwe bank was zij ruim honderd euro goedkoper uit!
Het faillissement is de grootste nachtmerrie van Homo consumens
Het is de grootste nachtmerrie van Homo consumens. Je koopt een keuken, een vliegticket of een bank bij een bedrijf dat failliet gaat voordat je bestelling is geleverd. Je centen verdwijnen in de boedel en van de curator mag je helemaal achteraan aansluiten in de rij crediteuren. Deze zomer was voor de poort van de hippe fietsenfabriek VanMoof een pijnlijk voorbeeld te zien van waar deze situatie toe kan leiden. Tientallen klanten verzamelden zich voor het haastig gesloten pand in Amsterdam in een vergeefse poging hun bestelde of ter reparatie afgegeven fiets terug te krijgen. Maar het hóeft niet altijd zo te lopen. Maar dan moet je wel de megamazzel van Dianne Beekelaar uit Edam hebben.
Factoryhouse failliet door oude belastingschuld
Net als vele anderen leek Dianne slachtoffer te worden van het faillissement van Factoryhouse. Deze grote, in Hoorn gevestigde meubelzaak werd begin augustus door de rechtbank in Alkmaar failliet verklaard. De curator weet het bankroet aan een oude belastingschuld die was opgelopen tot 750.000 euro. ‘Halverwege juli zei de eigenaar: dit gaat niet meer.’ Voor leveranciers én klanten zag het er niet best uit. Ook een aanbetaling geeft immers geen recht op levering. Wanneer de meubels door de leverancier onder voorbehoud van eigendom zijn geleverd, grijpt de klant mis. ‘In dat geval gaat het eigendom pas over als de leverancier betaald heeft gekregen,’ legde curator Wouter Ursem in het Noordhollands Dagblad uit. ‘En de consument is pas eigenaar als iets is geleverd, niet als het is betaald. Tot zo lang behoort het tot de boedel. Ik besef dat de consument en de leverancier dat liever niet wil horen, maar het is wel hoe de wet in elkaar zit.’
Meubels failliet Factoryhouse verkocht door opkoper
Eind september worden de klanten van Factoryhouse met de neus op deze feiten gedrukt. De meubels van het failliete bedrijf zijn opgekocht door een handelaar die een ‘totale leegverkoop’ organiseert. Achter het raam hangen briefjes met de boodschap: ’Wij zijn geen Factoryhouse’ en ’Gedupeerden faillissement kunnen bij ons geen aanspraak maken op eerdere aankopen’. De meubels gaan weg met kortingen van ca. veertig procent op de adviesprijs. Hoe meer klanten hebben aanbetaald, hoe groter de teleurstelling. Zo vindt een vrouw ‘haar’ tafel terug met een prijskaartje van 779 euro. Ze heeft 629 euro aanbetaald. Met de opkoper weet ze een akkoord te bereiken. Als ze nog eens vierhonderd euro betaalt, mag ze de tafel meenemen.
Met dank aan faillissement ruim honderd euro goedkoper uit
Dianne Beekelaar heeft meer geluk. Ze heeft vijfhonderd euro aanbetaald op een bank die 1600 kostte. Bij de leegverkoop vindt ze de bank terug voor een prijs van 985 euro. Ze is dus ruim honderd euro goedkoper uit – met dank aan het faillissement. ‘Megaveel mazzel gehad,’ vertelde Dianne tegen de krant die haar relaas optekende. Ze beseft dat het ook heel anders had kunnen aflopen. Vele andere klanten van Factoryhouse moesten fors toeleggen op hun meubels of toezien hoe koopjesjagers er met ‘hun’ spullen van door gingen.