De HES Hartel Tank Terminal op de Maasvlakte is al failliet gegaan voordat er een druppel olie in is gestroomd. De 54 reusachtige opslagtanks die honderden miljoenen euro’s kostten zijn nooit in gebruik genomen. Een brand in het controlestation leidde tot opeenvolgende vertragingen en tenslotte tot het bankroet.
Surseance tankterminal HES omgezet in faillissement
Economie is een onvoorspelbare wetenschap. In deze tijden van voortdurend dreigende energieschaarste zou je denken dat een bedrijf dat bij de grootste West-Europese haven 54 opslagtanks voor olieproducten en biobrandstoffen gaat exploiteren geen enkele moeite heeft om klanten te vinden. De werkelijkheid is weerbarstiger. Het Rotterdamse HES International maakte gisteren bekend dat de eerder verleende surseance voor dochter Hartel Tank Terminal bv door de rechtbank in een faillissement is omgezet.
BP grootste klant tankterminal HES
De opslagtanks, waar sinds 2017 aan wordt gebouwd, liggen in de Maasvlakte op een langgerekt terrein van 27 hectare. De kade biedt ruimte (en vooral diepte!) aan schepen met een diepgang tot 25 meter. In de 54 tanks kan 1,3 miljoen kuub aan olie- en biobrandstoffen worden opgeslagen dat via de nabijgelegen binnenvaarthaven en een ondergrondse pijpleiding verder kan worden getransporteerd. Het Britse olieconcern BP was gestrikt als grootste klant.
Curator denkt failliete Rotterdamse tankterminal snel te kunnen verkopen
Het plan was om de terminals in 2019 in gebruik te nemen maar als gevolg van de coronamaatregelen liep de bouw vertraging op. In augustus vorig jaar brak er brand uit in een controlestation wat voor verder uitstel zorgde. Omdat BP zich hierdoor niet meer gebonden achtte om de afspraken na te komen, ontstonden er financiële problemen. Curator Carl Hamm wist de partijen niet bij elkaar te brengen. Hoewel de vorderingen in de honderden miljoen lopen, verwacht hij de terminals binnen afzienbare tijd aan andere gegadigden te kunnen verkopen.