Hoewel het bedrijf vorig jaar nog een opdracht van zeventig miljoen euro binnensleepte en de orderportefeuille goed gevuld was, is de Friese scheepswerf Barkmeijer dinsdag door de rechtbank in Groningen toch failliet verklaard. Huisbankier Rabobank heeft per direct de kredietkraan dichtgedraaid. Insiders spreken van een vertrouwensbreuk tussen de bank en de directie. Barkmeijer, opgericht in 1850, leed de laatste jaren verliezen van enkele miljoenen euro’s.
Daverende klap voor piepklein dorp
Het faillissement van Barkmeijer Shipyard is een daverende klap voor een piepklein dorp dat pal op de grens tussen Friesland en Groningen ligt, Stroobos. De dokken, loodsen en kranen van de aan het Prinses Margrietkanaal gelegen werf torenen hoog uit boven de vlakke weiden die de 332 inwoners tellende gemeenschap omringen. Na tal van omzwervingen vestigde nestor Gerrit Jans Barkmeijer in 1850 op deze plek een scheepstimmerwerf, een heuglijk feit dat in het jubileumjaar 2000 uitbundig werd gevierd, onder meer met een prachtig boek waarin de 150-jarige geschiedenis in woord en beeld werd vastgelegd.
Zwarte bladzijde in jubileumboek
Aan dit boek moet nu de spreekwoordelijke zwarte bladzijde worden toegevoegd. Dit keer geen pagina’s meer met verhalen over opzienbarende contracten zoals de opdracht uit 2010 voor de bouw van drie grote boten voor het Nederlands Loodswezen, geen foto’s meer van spetterende tewaterlatingen van de vele coasters, tankers en bulkschepen die Barkmeijer in de loop der jaren heeft gebouwd. Maar een inktzwarte bladzijde met een akelige bevreemdende boodschap: op dinsdag 30 oktober heeft de rechtbank in Groningen Barkmeijer Shipyards failliet verklaard.
Volle orderportefeuille
‘Het personeel is er helemaal kapot van,’ zegt een vakbondsman tegen het Nieuwsblad van het Noorden. ‘We gaan met een volle orderportefeuille kopje ondersteboven. Dat is wel bijzonder zuur,’ zegt de projectleider tegen het Friesch Dagblad. Directeur Hans Veraart stelt dat hij geen keus had nadat de Rabobank maandagavond het krediet opzegde. In februari 2017 versloeg Barkmeijer de internationale concurrentie nog door een grote order voor de bouw van twee sleephopperzuigers binnen te hengelen. De opdrachtgever, het Engelse bedrijf Hanson, omschreef Barkmeijer ‘als een wereldleider in de scheepsbouw die aan al onze eisen voldoet’. Met de prestigieuze order van de twee hooggespecialiseerde baggerschepen was een bedrag van zeventig miljoen euro gemoeid.
Een hoogst dubieuze gift
In de praktijk leidde de Britse order tot de nodige hoofdbrekens, verklaarde een commissaris van Barkmeijer op de regionale tv. Hanson zouden hun eisen steeds opschroeven waardoor de kosten stegen. Daarnaast kampte Barkmeijer met de erfenis uit de boedel van scheepswerf Peters uit Kampen, een branchegenoot die in april 2014 het loodje legde. Ter compensatie van een onbetaalde levering kregen de Friezen van de curator de klus om de Joint Runner I af te bouwen, een 130 meter lang zeeschip. Bij nader inzien bleek het een hoogst dubieuze gift: Barkmeijer ligt al geruime tijd in de clinch met de Kroatische eigenaar van het schip die weigert een vijf miljoen hoge factuur voor verrichte werkzaamheden te voldoen. Over deze zaak lopen verschillende juridische procedures. Aan advocaat Marco Kalmijn uit Leeuwarden de taak om deze en andere kwesties uit te zoeken en tevens de mogelijkheden voor een doorstart te bekijken. Hij is door de rechtbank als curator van Barkmeijer aangesteld.