De Duitse vastgoedgroep Degag (Deutsche Grundbesitz Holding AG) heeft faillissement aangevraagd. Naast de holding geldt dit ook voor de dochteronderneming Bestand und Neubau 1 GmbH, en naar verwachting volgen nog twee andere gelieerde bedrijven. Dit nieuws treft ongeveer 6.300 beleggers, die gezamenlijk tot 282 miljoen euro in de onderneming hebben geïnvesteerd.
Faillissement onvermijdelijk
Volgens Degag-bestuurder Bernd Klein was het faillissement onvermijdelijk, aangezien het bedrijf niet langer aan zijn betalingsverplichtingen kon voldoen. Onder meer verkoopprovisies, belastingverplichtingen en vorderingen van derden konden niet meer worden betaald. In december 2024 werden rente- en aflossingsbetalingen al opgeschort om een faillissement te voorkomen, maar dit bleek uiteindelijk niet voldoende.
Om de schade voor schuldeisers zoveel mogelijk te beperken, wil Degag via een gecontroleerd insolventieproces haar vastgoedportefeuille verkopen of herstructureren. Er zouden al geïnteresseerde partijen zijn voor de overname van sommige panden. Klein gaf aan volledig te willen meewerken met de toekomstige curator om de financiële problemen van het bedrijf in kaart te brengen.
Beleggingsmodel met hoge rendementen en risico’s
Degag groeide uit tot een bekende speler in de vastgoedsector door verouderde wooncomplexen op te kopen, te renoveren en opnieuw te verhuren of te verkopen. De financiering gebeurde via leningen en particuliere investeringen in de vorm van zogenaamde ‘genussrechte’, achtergestelde obligaties met een aantrekkelijk rendement van 6 tot 9 procent per jaar. Deze financieringsvorm was echter risicovol, aangezien rentebetalingen konden worden opgeschort als de financiële situatie van Degag dat vereiste – wat uiteindelijk ook is gebeurd.
Het bedrijf werd opgericht door vastgoedondernemer Birger Dehne, die zichzelf profileerde met de slogan: "De aankoop van leegstand is mijn passie." In 2021 verkocht hij de helft van zijn aandelen aan een Canadese investeerder, wat Degag een winst van bijna 82 miljoen euro opleverde. Kort daarna trok Dehne zich grotendeels terug uit het operationele management. Tot voor kort bezat Degag een vastgoedportefeuille van ongeveer 5.000 woningen en 1.000 garages.
Consumentenwaakhond waarschuwde al eerder
Hoewel Degag zichzelf in augustus 2023 nog als ‘crisisbestendig’ presenteerde, trokken experts al langer aan de bel. Stichting Warentest, de Duitse consumentenorganisatie, plaatste het bedrijf in augustus 2024 op een waarschuwingslijst voor dubieuze financiële producten. De organisatie bekritiseerde onder meer het gebrek aan transparantie, overtredingen van publicatieverplichtingen en de onduidelijke eigendomsstructuur.
Een ander zorgpunt was het uitblijven van een jaarrekening voor 2023, iets wat Klein in december nog verklaarde als een ‘vertraging binnen de vastgoedsector’. Nu het faillissement officieel is aangevraagd, zullen schuldeisers waarschijnlijk pas via de curator inzicht krijgen in de werkelijke financiële situatie van Degag.