Omdat de rechtbank Midden-Nederland niet wilde meewerken aan een flitsfaillissement, heeft kinderopvangbedrijf Estro op het laatste moment haar vestigingsplaats gewijzigd. Op 3 juni verhuisde Estro op papier van Amersfoort naar Amsterdam. De hoofdstedelijke rechtbank was wel bereid mee te werken aan het omstreden flitsfaillissement dat op 5 juli doorgang vond, zo blijkt uit onderzoek van De Volkskrant dit weekend.
Perfecte timing
De timing lijkt perfect voor de truc die directie en aandeelhouders van kinderopvanggigant Estro in eendrachtige samenwerking met stille curator mr Wouter Jongepier hebben toegepast. Op zaterdag 5 juli, een dag na het intreden van het parlementaire zomerreces, werd het flitsfaillissement van Estro bekend gemaakt. De waakhonden van SP en GroenLinks hadden hun koffers al gepakt. Helaas voor de firma blijkt nu dat sommige journalisten nog niet door de zon in slaap zijn gesoest. In plaats van
stille bewindvoerder ontwikkelt Jongepier nu in ras tempo uit tot
meest besproken bewindvoerder.
Vele miljoenen in het spel
Zowel het FD als de Volkskrant reconstrueerden de afgelopen dagen de gang van zaken rond dit faillissement waar duizenden medewerkers, tienduizenden ouders en kinderen en vele miljoenen euro’s bij in het spel zijn. Met (tot voor kort) 380 vestigingen is marktleider Estro in zijn eentje goed voor ongeveer vijf procent van de totale Nederlandse kinderopvangsector. De onderneming is in handen van de New Yorkse private equity-firma Kohlberg, Kravis Roberts & Co (KKR) en Bayside Capital, een in schuldenpapier gespecialiseerde dochter van H.I.G. Capital uit Miami, die samen 75 procent van de aandelen bezitten.
Aasgierenbehandeling
Een paar jaar lang rekenden de aandeelhouders zich rijk: door de riante subsidiestroom van de overheid waren zij verzekerd van inkomsten. Nadat Den Haag de bijdragen aan de kinderopvangkosten kortwiekte, begon de cash-flow te dalen. De aasgierenbehandeling die de eigenaren Estro gaven raakte uitgewerkt. Het met honderden miljoenen schuld opgezadelde bedrijf kon binnen afzienbare tijd niet langer aan zijn financiële verplichtingen voldoen. Dit voorjaar werd er een actieplan gesmeed. Schulden, 130 slecht renderende filialen en ongeveer duizend dure (lees: oudere) medewerkers moesten worden geloosd. Sociaal plan? Afkoopsom? In dit soort sociale ongemakken - elementen van een normale reorganisatie – hadden directie en aandeelhouders geen trek. De gehele onderneming verkopen dan? Een aantal geïnteresseerden die lucht hadden gekregen van de plannen, zoals de Rotterdamse SWKGroep, stonden al op de stoep. Maar nee, het bedrijf in de etalage zetten was evenmin een optie. In afgeslankte vorm viel er immers nog genoeg winst te halen.
Pre-pack procedure
Het moest een pre-pack procedure worden. Een faillissement dat in een flits iedereen het nakijken geeft: schuldeisers, medewerkers, klanten, kandidaat-kopers… Voordat iemand het in de gaten zou krijgen, moest het allemaal al in kannen en kruiken zijn. Tot ergernis van de Angelsaksische eigenaren, was er echter een probleem: een flitsfaillissement is in Nederland illegaal. In de VS en Engeland is de pre-pack in de wet verankerd, in Nederland heeft de procedure nog de status van wetsvoorstel. In het kader van de herijking van het faillissementsrecht heeft minister Opstelten de procedure wel opgenomen in de documenten die hij een paar weken geleden voor advies aan de Raad van State voorlegde.
Voorschot op wetswijziging
Maar, hoewel de procedure formeel illegaal is, nemen de meeste rechtbanken vast een voorschot op de naar hun idee onvermijdelijke wetswijziging. De Schoenenreus, het lingeriebedrijf van Marlies Dekkers, garnalengigant Heiploeg, webshop Neckermann: ze gingen ’s avonds failliet en ’s morgen weer open, met de groeten van de edelachtbare. Uitgerekend de rechtbank Midden-Nederland, waar Estro onder ressorteerde, boog niet mee met deze trend. Deze koppige rechters wilden zich aan de wet houden, hoe durfden ze! De juridische afdeling van Estro was echter niet voor een gat te vangen. Ze verzonnen een list. Op 3 juni werd, volgens de Volkskrant op de Amsterdamse burelen van notaris- en advocatenkantoor Freshfields Bruckhaus Deringer, de papieren verhuizing geregeld.
Wisseltruc
Nu Estro onder het arrondissement Amsterdam viel, was er geen vuiltje meer aan de lucht. Drie dagen na de wisseltruc benoemde de Amsterdamse rechtbank Wouter Jongepier tot stille curator. De rest is geschiedenis: het flitsplan werd doorgevoerd, medewerkers ontslagen, kopers afgewimpeld, Estro kon weer door onder de naam Smallsteps. Inmiddels ziet het er naar uit dat Wouter Jongepier geschiedenis mét toekomst heeft geschreven, of in elk geval met een staartje. Vakbonden en Kamerleden zullen worden wakker geschud door zijn discutabele handelwijze, benadeelden – met name gepasseerde overnamekandidaten - zouden hem zelfs aansprakelijk kunnen stellen voor zijn gewiekste, eigenmachtige optreden. Jongepier, partner bij het Amsterdamse juristenkantoor Boekel de Nerée, heeft het al zien aankomen. Eind 2013 merkte hij in een artikel voor het vaktijdschrift Financiering, zekerheden en insolventiepraktijk op dat ‘de aansprakelijkheidspositie van de stille bewindvoerder onontgonnen terrein is’. De stille bewindvoerder ‘doet er goed aan zich ervan te vergewissen dat zijn verzekeraar dekking biedt,’ schreef hij. We zijn benieuwd naar zijn polisvoorwaarden.