Vorig jaar staken particulieren 170 miljoen euro in crowdfundingprojecten, een derde meer dan in 2015. Dit jaar zal het investeringsbedrag weer hoger uitpakken. Onze columnist Robert Jan Blom waarschuwt al te gretige beleggers voor de marketingtrucs en de te hoge verwachtingen die door de crowdfundingplatforms worden gewekt.
Een pot waar je scheten in kunt bewaren
Vorige week maakte de AFM (Autoriteit Financiële Markten) de uitkomsten van een onderzoek naar de kwaliteiten en werkwijzen van de zogeheten ‘crowdfundingplatformen’ bekend. Over het verschijnsel van crowdfunding heb ik een jaar geleden al eens in deze column geschreven. Ik plaatste toen al vraagtekens bij de vlucht die deze banksubstituten hebben genomen. In het kort: er wordt een project gelanceerd waarvoor geld nodig is en in de hoop de inleg plus een beetje rendement ooit terug te zien, kan iedereen er geld in steken. De projecten zijn net zo divers als de fantasie van de mens. Het kan gaan om een boek, een film, een app of een kunstwerk maar ook om plastic bacon, een pizzamuseum en een glazen pot waar je scheten in kunt bewaren. Geloof me, dit zijn echte voorbeelden.
Investeren in luchtfietserij
De vraag is waarom de potentiële kredietnemer zijn heil zoekt bij een crowdfundingplatform en niet gewoon het dichtstbijzijnde bankfiliaal binnenloopt. Wel, ik heb nooit in de bankensector gewerkt maar ik stel me zo voor dat accountmanagers die handenwrijvend een financieringscontract tevoorschijn trekken om de fabricage van een schetenpot mogelijk te maken bepaald dun gezaaid zijn. Met andere woorden: banken zien niets in al die hoogdravende plannen. Particuliere geldschieters menen daarvan te kunnen profiteren. Ze investeren gretig in de luchtfietserij. Helaas wel vaak met een enorm risico.
Marketingtrucs
Het crowdfunding-circus is pas goed op gang gekomen nadat de crisis in Amerika en vervolgens in de rest van de wereld losbarstte. In die jaren begonnen bankdirecteuren al te beven zodra de meest degelijke ondernemer om een krediet voor een bedrijfsbusje vroeg. Tegelijkertijd verlaagden de banken de rente tot historisch lage niveaus. Deze ontwikkelingen hebben het fundament gelegd waarop crowdfunding kon gedijen. Aan de regelgeving, en vooral aan de mate waarin de crowdfunders zich aan die regels houden, schort nog het een en ander, zoals de AFM ook nu weer heeft bevestigd. Crowdfunders spelen op een onacceptabele manier in op de behoefte van particulieren om een paar centen over te houden aan hun spaartegoed. Ze bedienen zich van marketingtrucs en creëren een gevoel van schaarste door teksten te gebruiken als ‘Investeer nu in dit geweldige project met een enorm hoog rendement. Wie er niet snel bij is, is te laat en kan niet meer meedoen’.
Woekerspolisaanbieder zou zich schamen
De AFM vindt dit een slechte zaak, ik vind dit een schandelijke zaak. Waar de bank dagen tot weken doet over het beoordelen van een kredietaanvraag, moet de particuliere geldschieter binnen enkele uren beslissen. Voor elk krediet vraagt de bank naar de risico’s en zekerheden, de geldschieter wordt daarover in het ongewisse gelaten. Particulieren zijn ook geneigd te vergeten dat het platform tarieven in rekening brengt waarvoor zelfs de gemiddelde woekerpolisaanbieder zich zou schamen: áls het voorgespiegelde rendement al wordt gerealiseerd, gaat er al gauw de helft af aan kosten. Waarom worden al die geldschieters niet wakker? Waarom vragen zij zich niet af waarom die ondernemers met hun grandioze ideeën niet liever naar een bank gaan waar ze in ruil voor een lening maar enkele procenten aan rente hoeven te betalen?
Wetgeving
Ik vrees dat ik een roepende in de woestijn zal blijven. Zoals uit het AFM-rapport blijkt, heeft het crowdfunding-circus in Nederland geen gebrek aan publiek. En die populariteit zal blijven toenemen zolang de banken blijven weigeren een fatsoenlijke rente te betalen. Maar nee, ze geven hun winsten liever uit aan bonussen en miljoenensalarissen. Vorig jaar haalden vijftig platformen bij elkaar € 170 miljoen op voor hun projecten. De AFM heft opnieuw een waarschuwende vinger. Ze heeft nu aanvullende wetgeving voorgesteld. Het zal echter zeker tot 2019 duren voordat deze in werking treedt. Voor veel geldschieters zullen de maatregelen te laat komen. Maar, peinzend kunnen staren naar een glazen schetenpot op de schouw is ook wat waard, moeten de gedupeerden maar denken.
Robert Jan Blom